9 februari. De reis naar Ica.

11 februari 2020 - Nazca, Peru

   Het ontbijt waar ik met mijn geboekte tour recht op had, vond niet plaats in HOSTEL Los Frayles

(waar wel voor mij een kamer was geboekt)

maar in HOTEL Los Frayles. Om het makkelijker te maken. Hotel Los Frayles was het duurdere broertje van Hostel Los Frayles en bevond zich aan de overkant.  Een klein verschilletje maar,  alleen wel handig als de reisorganisatie waar alles voor me was geregeld, dat soort cruciale dingen van tevoren tegen me zouden zeggen. Bijvoorbeeld ook dat het ontbijt slechts tot 09:00 s' ochtends te  genieten valt, zoals later bleek. U snapt dat ik de dag begon met lichte  stress toen ik daar, moe door de nachtelijke busreis van de vorige dag, pas om 8: 55 aan kwam kakken.

  "Of het fruit al weg kon ?"

-"Eh , wat? Nou, nee! Wacht nou even! "

"Had u nog kaas en worst geblieft? Anders haal ik die ook alvast weg."

-"Wel godverju, nee! Blijf nou eens met je gore rotpoten van mijn ontbijt af en haal eens snel twee extra koppen, want dan schenk ik in ieder geval mijn koffie in. Als ik DIE niet krijg,  heeft u echt een probleem!"

Nadat ik alles wat ik nodig dacht te hebben, bij elkaar had gehamsterd, heb ik toch nog rustig en lekker kunnen eten. 

    Om 11:00 vertrok mijn bus. Ik verheugde me alweer op dezelfde luxe als waarmee ik  van Lima naar paracas was vervoerd. Maar het busje dat nu voor me stond, was toch beduidend kleiner. En minder luxe.  Misschien was het eerder een bestelauto.  Geeft niets!  Want er hoefden inderdaad maar een handjevol mensen naar Ica. En om daarvoor nou zo'n luxe bus af te huren is dan inderdaad wel een beetje zonde. Zie je wel, ik snap het heus wel.  It's  all about the economics!

   Het zou een aangename rit worden, gokte ik want ik had eindelijk iemand bereid gevonden om met me te praten. Voor het instappen had ik namelijk een vriend gemaakt, en wel in de vorm van een jonge, blonde en baardige Braziliaan. Ik had hem bij het hostel een beetje hulpeloos zien rondhangen en natuurlijk had ik gezien dat hij net zo verloren was als ik.  Je weet wel, dat onzekere loopje, die vragende (en bij tijd en wijle schichtige) blik, de afwijkende huidskleur. Omdat het weer een nieuwe dag was (waar alles tenslotte  mogelijk was) en ik het zat was om me de rest van mijn vakantie alleen te voelen, had ik de stoute schoenen aangetrokken en hem, op de gok,  in het Engels aangesproken. Waar die naar toe ging, uit welk land hij kwam, dat soort dingen. Het bleek een bioloog te zijn, 37 jaar oud en een ' professor' op de universiteit. Meteen waren we verwikkeld in een discussie over global warming. Of dat uberhaupt bestond en zo ja, of dat dan te wijten was aan de mens of aan de natuur? Ook hadden we een flinke discussie of de huidige president Bolsonaro goed of slecht was en of wat we daarover te horen kregen, wel te vertrouwen was. Allemaal interessante materie en ik hoopte vurig dan ook dat hij dezelfde reis zou gaan afleggen als ik. 

    En zo gek als die dingen gaan!  Op een gegeven moment had ik zelfs twee vrienden! Een jongen uit Hongkong had ons in het busje horen praten en begon zomaar met ons mee te praten.  Natuurlijk, doe vooral mee, dat is alleen maar leuk! Misschien zelfs wel leuker, want honkongjongen kon in tegenstelling tot de Braziliaan, wel goed Engels! 

    Zo keuvelden we gezellig voort totdat het busje ineens, in the middle of nowhere, stopte. Kort erop kwam er een vrouw in een auto aangereden. Onze chauffeur stapte uit, liep om de auto heen en deed de deur van de bijrijder open. Toevallig zat ik daar, maar zo toevallig was dat allemaal niet, want hij vroeg:

"Ica?"  

Ik kon niets anders dan bevestigen dat ik daar heen moest. 

" Transfer, transfer. You go out, now."    

Oh,  ok.

En zo werd al mijn bagage (4 stuks) weer in een andere auto gepropt. 

Gelukkig moest ook Hongkongjongen met zijn meisje naar Ica,  dus ik dacht dat het allemaal nog wel goed zou komen met mijn vrienden- voor-het-leven plan.

Not.

Want even later werd ik door WEER iemand anders uit de auto getrokken.  Dit keer door Raoul, weer een nieuwe taxichauffeur en een bebrilde en iets mollige jongeman van 31 jaar.

Sip zwaaide ik nog even naar Hongkongjongen die wel in de auto was blijven zitten. Niet erg enthousiast zwaaide hij terug.  Blijkbaar was hij in die korte tijd dat we in de auto aan het praten waren, minder gehecht geworden aan mij dan ik aan hem.  En zo vervolgde ik mijn reis.

Weer helemaal alleen.  

Foto’s

6 Reacties

  1. Annemiek:
    11 februari 2020
    Ah Joris, komt goed hoor. Je maakt altijd wel ergens 'vrienden' als je on the road bent. Geniet van je verhalen en blijf je trouw volgen.
  2. Joris Messer:
    18 februari 2020
    Klopt als een bus! Gelukkig nu al een paar dagen opgetrokken met een gezellig Portugese.
  3. Elly:
    11 februari 2020
    Je ontmoet vast weer andere leuke mensen. Komt goed
  4. Marianne Disseldop:
    11 februari 2020
    De reis is pas beonnen, komt goed..
  5. Fransje:
    12 februari 2020
    Prachtige foto's!!
  6. Patricia:
    13 februari 2020
    Het voordeel is dat je heerlijk kunt schrijven zonder afgeleid te worden door "vrienden". Maar ja.... Mooie foto's Joris.!!